maandag 29 april 2019

Waarom vuilnismannen meer verdienen dan bankiers

Onlangs heb ik bij de kringloop het boek "waarom vuilnismannen meer verdienen dan bankiers" gevonden van Rutger Bregman en Jesse Frederik. Aangezien de eerste schrijver onlangs wereldberoemd is geworden met zijn speech in Davos, was mijn interesse voor het boek snel gewekt.

Het boek gaat er vooral over dat mensen niet eerlijk beloond worden voor hun werk, en dat belasting ook op het verkeerde geld wordt geheven.
In de eerste paradox blijkt te gelden: hoe nuttelozer er het werk en hoe verder je van de klant staat, hoe meer het oplevert. Vandaar het voorbeeld van vuilnismannen, die onmisbaar zijn maar weinig verdienen, en bankiers, die veel verdienen met, ja wat eigenlijk? Dit werd pijnlijk duidelijk toen in 1968 de New Yorkse vuilnismannen gingen staken omdat ze te weinig loon kregen. Na slechts 6 dagen lag het vuil meters hoog in Manhattan, liepen de ratten over straat en dreigden ziektes uit te breken. Na 9 dagen zwichtte de burgemeester en kregen de vuilnismannen een loonsverhoging. Vergelijk dat met de bankiersstaking van 1970 in Ierland. Daar staakte sloten de banken maarliefst 9 maanden de deuren, maar het gewone leven ging gewoon door dankzij onderlinge kridieten.
Dan onze belastingproblemen: vermogensbelasting en erfbelasting worden door de meeste Nederlanders gezien als meest onterechte belastingen, "want over dit geld is al ooit belasting betaald". En onze Mark Rutte gaat graag met dit argument mee. Hij voelt zich immers de opvolger van de eerste liberale premier Pieter Cord van der Linden.
De ironie van dit verhaal is dat Cord van der Linden zich zou omdraaien in zijn graf bij het horen van de uitspraken van Rutte. Hij was namelijk een echte liberaal, en liberalen vinden van huis uit dat je geen handje moet ophouden, maar gewoon moet werken voor je geld. En dat is het probleem bij vermogen en erfenissen: erfenissen zijn letterlijk in de schoot geworpen, en een groot deel van het Nederlands vermogen is ontstaan door het meer waard worden van vastgoed. Het is dus veel terechter om erfbelasting en vermogensrendementsheffing te hanteren dan bijvoorbeeld inkomensbelasting.

Ik kan me voorstellen dat niet iedereen zich kan vinden in de stellingname, maar ik kan het boek absoluut aanraden!

De gedachten die bij mij blijven hangen zijn:
-Waarom lukt het vuilnismannen in New York wel om een loonsverhoging te krijgen en de leraren in Nederland niet? De voornaamste reden is dat onze leraren teveel hart hebben voor de zaak. Ze zouden niet snel de Nederlandse kinderen zo lang thuis laten zitten. Om maar te zwijgen van de zorgsector, waar een staking levens kan kosten. Zijn deze mensen dus overgeleverd aan een laag salaris, louter omdat ze te veel hart hebben voor de zaak? Beheersen de brutale bankiers dus echt de halve wereld?

-Hoe komt het dat er elke pakweg 10 jaar een rechtse populist opstaat (Fortuyn, Wilders, Baudet) waar hele volksstammen op gaan stemmen, maar dat dit aan de middenkant niet lukt? Waarom krijgen andere partijen het niet voor elkaar om hun verhaal op een populaire manier te vertellen? Waarom lukt het politici niet om een verhaal over belasting te vertellen zonder weggezet te worden als een "graaier die alleen maar burgers wil pesten". Rutger Bregman en ook Arjen Lubach weten veel dingen aan te kaak te stellen en het op een duidelijke manier te brengen. Waarom gaan zulke mensen niet de politiek in? Tja, eigenlijk snap ik het wel: ze zijn gelukkig in hun huidige vak en hebben geen zin in de Haagse Leeuwenkuil. Blijkbaar is hier dezelfde conclusie: de brutalen beheersen de halve wereld..
 
Zie ook:
is vermogensrendementsheffing eerlijk?
de ethiek van FIRE