kop

Posts tonen met het label duurzaam. Alle posts tonen
Posts tonen met het label duurzaam. Alle posts tonen

maandag 13 maart 2023

Zijn de boeren de spil in de Nederlandse economie?

De provinciale verkiezingen gaan voor een groot deel over de problematiek rond de agrarische sector. Een tijdje terug heb ik het al gehad over uitspraken gehad als "stikstof is alleen een probleem in Nederland" en "geen boer geen voer", dus hebben we nog een belangrijk speerpunt van de boeren over: "de veeteelt is onmisbaar voor de Nederlandse economie".

En dat is meteen een hele lastige uitspraak, want hoe meet je dit, en waar leg je de grens? Tel je bij landbouw alleen de produktie, of ook de verwerking, zoals de slagerijen en andere voedingsmiddelenindustrieen? Maar als je die bedrijfstakken meetelt, mag je dan de verwerking van geimporteerde produkten meetellen? En bedrijven die boeren ondersteunen, zoals loonwerkers, transporteurs? En bedrijven die bedrijven ondersteunen die de boeren ondersteunen? En hoe zit het met subsidies?

Om bovenstaande redenen dienen de getallen die in dit artikel genoemd worden slechts als orde van grootte. 

Omzet
Dus laten we maar snel naar de getallen gaan! Volgens het CBS droeg de landbouw 1.4% bij aan het bbp van Nederland, oftewel een slordige 11 miljard. Om de landbouw heen hangt een "wolk" van leveranciers, verwerkers en handelaren, het zogenaamde "agrocomplex". Als je die meetelt, dan kom je op 6.4%, oftewel 52 miljard. Van deze omzet wordt grofweg 38% door veelteelt opgewekt, dus grofweg respectievelijk 4 en 20 miljard.

Is dat veel? Laten we het vergelijken met een paar grote bedrijven in Nederland. Ik heb de "overlopers" Unielever (omzet 60 miljard) en Shell (omzet 381miljard) bewust weggelaten:


Zoals eerder gezegd: dit is appels met peren vergelijken, maar het geeft wel een orde van grootte: ASML, Philips Medical en Randstad hebben samen meer omzet dan het hele agrocomplex. En als je dan bedenkt dat deze bedrijven pakweg 200 hectaren innemen, en het agrocomplex een slordige 2.000.000 hectaren, dan geeft dat wel te denken: het geld dat verdiend wordt met een industrie die ongeveer de helft van Nederland inneemt had ook verdiend kunnen wordt met slechts 0,01% van het oppervlak! Ondankt de exportrestricties verwacht ASML te kunnen groeien naar 40 tot 60 miljard omzet per jaar in 2030, dus de halvering van veestapel voor 2030 wordt ruimschoots gecompenseerd. 

Als we het grafisch weergeven wordt het nog meer duidelijk:
Het hele agrocomplex is geen enorme speler. Vooral als je gaat kijken naar de echte veroorzaker van het stikstofprobleem. Het donkergroene vakje linksonder het agrocomplex is de pure veeteelt. Het rechtse stuk van de veeteeltbalk wordt voornamelijk ingenomen door agroreuzen als De Heus en For Farmers.

Subsidies
Subsidies worden in vele vormen gegeven, van directe Europese potjes tot stoppremies. Hieronder volgens enkele potjes:
Is dit veel? Deze subsidies zijn hele moeilijk te verhouden tot wat het oplevert en tot andere bedrijfssectoren. De meeste grote techbedrijven ontvangen ook bakken aan subsidie in de vorm van WBSO (Wet Bevordering van speur- en Ontwikkelingswerk) en kost de belastingbetaler in 2018 al 1.7 miljard. Bedrijven als Shell, ASML en Booking.com profiteren hier het meeste van.

Hoewel ik 835 miljoen op een omzet van 11 miljard aan de hoge kant vind, is het waarschijnlijk niet heel veel meer dan andere bedrijven ontvangen. Zoals altijd is het erg lastig om het geld op de juiste plek te laten landen. 

Afzet 
Omzet is een lastige term, omdat daar ook de inkoopkosten inzitten, en subsidies zijn al helemaal ondoorzichtig. Dus wellicht is het leuk om te gaan kijken wat onze veeteelt nu echt oplevert. De website Agrimatie van de universiteit van Wageningen geeft mooie infographics over de veelteelt. Zo kan je zien welke ruwe grondstoffen Nederland binnenstromen en hoeveel producten er geexporteerd of geconsumeerd worden:
bron: Agrimatie

Als ik alle binnenlandse afzet en export neem en daar de import van aftrek, dan kom ik voor zuivel, varken en pluimvee op ongeveer een totale omzet van 20 miljard. Dit komt behoorlijk overeen met de omzet van het "veeteelt agrocomplex" stukje.

Samengevat:
Voor een sector die ongeveer de helft van het oppervlak van Nederland opeist, daarmee grote schade toebrengt aan het milieu en daarmee de rest van het land op slot zet, levert het beroerd weinig op.

Stem komende woensdag dus liever op een partij die je provincie mooier en leefbaarder wil maken

vrijdag 10 februari 2023

Waarom ik eindelijk biologisch ben gaan eten

Elke keer als ik in de supermarkt kom sta ik bij het groentevak te wtijfelen: de duurdere biologische, of toch maar weer gewoon de goedkope? In mijn studententijd kon ik deze argumentatie nog verdedigen, maar naarmate ik welvarender ben, en nota bene investeer in duurzame akkerland is het onhoudbaar geworden. Dus bij deze alle argumenten waarmee ik voorheen goedpraatte dat ik geen biologische producten kocht, en nu wel. 

En voordat je het je afvraagt: nee, niemand betaalt mij om iets te schrijven. Ik heb geen aandelen van welk keurmerk dan ook. Ik heb dus wel aandelen van Land van Ons, maar ik schrijf hier anoniem, zij weten niet wie ik ben, en er is dus geen wederdienst of wat dan ook. Het enige risico bestaat dat mensen door dit artikel mileubewuster gaan leven en dat ik daardoor op een mooie wereld ga wonen, maar ik verwacht dat de impact verwaarloosbaar is. 

Goed, waar waren we? Oja, waarom ik geen biologische producten kocht:  

Zijn de eisen voor biologisch wel goed?

Keurmerken zien er leuk uit, maar door de berg aan keurmerken is er een soort van keurmerkinflatie ontstaan. Een mooi voorbeeld is het Max Havelaar keurmerk, onderdeel van het internationale Fairtrade keurmerk. Voor veel fabrikanten en winkels was het keurmerk te duur, omdat er een minimumprijs voor boeren wordt gehanteerd, zodat men gewoon een eigen keurmerk heeft bedacht: UTZ, onderdeel van het Rainforest Alliance. Maargoed, we dwalen af: waar staat biologisch voor? De hoofdregels zijn:

  • Geen gebruik van synthetische bestrijdingsmiddelen
  • Geen kunstmest
  • Bij dierenproducten is rekening gehouden met dierenwelzijn. Biologisch vlees is typisch minstens zo diervriendelijk als "beter leven 3 sterren", zie hier

Geen slecht lijstje dus, maar het blijft een keurmerk, dus het kan nooit perfect zijn voor alle situaties. Bijvoorbeeld:

  • Binnen de biologische landbouw is genetische modificatie niet toegestaan. Hier kan je veel vraagtekens bij zetten. De natuur doet de hele evolutie aan genetische modificatie, en de mens ook wegens plantveredeling, waarom mag deze stap dan niet, zelfs niet als het veel productievere planten oplevert?
  • Er zijn wel eisen over meerdere gewassen op dezelfde akker, zodat het interessanter is voor insekten en om plagen te reduceren, maar ik zie geen eisen wat betreft maaiseizoenen (om weidevogels te beschermen) en houtwallen, die ontzettend belangrijk zijn voor ecoverbindinszones.
  • Een akker moet 2 jaar biologisch zijn verbouwd voordat het keurmerk kan worden gegeven. Dit betekent dat een boer dus twee jaar minder inkomsten heeft door de lagere opbrengst, maar nog niet de voordelen heeft van hogere prijzen. Het omschakelen naar biologisch is dus een enorme investering. Het zou fijn zijn als er een soort overgangskeurmerk zou komen zodat deze producten toch gunstig verkocht kunnen worden, of dat de overheid de gedorven inkomsten compenseert.
Hoewel er kantekeningen te plaatsen zijn, denk ik dat het biologische keurmerk op veel gebieden ambitieus genoeg is om een verschil te kunnen maken. Zonder dit keurmerk zou het erg ingewikkeld zijn om alle producten apart te moeten overwegen of ze goed genoeg zijn.

Biologisch voedsel heeft veel meer landgebruik, dus is juist slecht voor het milieu

Dit is denk ik het meestgebruikte argument tegen biologisch voedsel: de opbrengst van een biologische akker is kleiner, dus men heeft meer landoppervlak nodig om hetzelfde voedsel te kunnen verbouwen, met als gevolg dat er meer natuur opgeofferd moet worden voor landbouw. Sommigen gaan zelfs zover dat we de wereld niet meer zouden kunnen voeden als alles biologisch zou zijn. Zie bijvoorbeeld hier en hier. Maar zo eenvoudig is het niet. Doordat bioligische boeren geen pesticides en kunstmest gebruiken, is de biodiversiteit op een biologische akker veel hoger en is er minder uitspoeling van nutrienten. Bovendien stoot kunstmest veel stifstofoxide uit, wat zowel een stikstofprobleem als een broeikasprobleem veroorzaakt. Zie onder andere hier en hier. Het verschil aan biodiversiteit is enorm: onze conventionele landbouw is dermate "platgespoten" dat het voor de gewone flora en fauna als woestijn wordt gezien: niks te beleven. Alle groene weides in Nederland zien er wellicht mooi uit, maar voor de natuur tellen ze totaal niet mee. Biologische akkers en weides daarentegen hebben veel meer te bieden voor insekten, weidevogels en kunnen daarom meer meegeteld worden tot natuur.

En wat betreft het argument dat we niet de hele wereld kunnen voeden met biologisch eten: door minder vlees te eten kan het extra landgebruik met gemak gecompenseerd worden.

Biologisch voedsel zit vaak plastic verpakt

Als ik mezelf soms bijna had overtuigd om een biologische komkommer te pakken, was er soms nog een obstakel dat me tegenhield: de biologische komkommer zat in plastic, en de gewone niet. Hoe kan iets dat onnodig extra verpakt dit nou goed zijn?

Het antwoord is simpel: verpakte groente gaan ongeveer drie keer zo lang mee als onverpakte groente. Het reduceren van uitval wegens verroting compenseert ruimschoots de extra milieubelasting van de verpakking.

Biologisch voedsel is duur

En dan komen we bij het belangrijkste punt van ons pinnige Nederlanders en bovendien mensen die snel met pensioen willen: het is duurder. En dat in een wereld waar de voedselprijzen al aardig aan het stijgen zijn. Dus ben ik voor de grap eens gaan kijken hoeveel het scheelt bij de Lidl:



Het viel me op dat veel producten slechts 10 cent duurder waren. Vooral bij melk was ik zeer verbaasd over het verschil. Bedenk dat bij dierenproducten zowel al het voer biologisch moet zijn als dat het dierenwelzijn op orde moet zijn. Ook verbaasde ik me over de wortelen, die exact evenduur waren, en de komkommer, die immers in de volle grond geteeld moet worden en beduidend beter smaakte. de enige echte uitschieter is de koffie.

Er is wel een dingetje wat de keuze lastig maakt: de biologische producten komen soms van verre streken. Dit kan voor mij ooit een overweging zijn om toch voor het lokale product te kiezen.

Mijn koopgedrag maakt heel weinig uit, uiteindelijk zijn het de grote bedrijven die het verschil maken.

Deels is dit natuurlijk waar: we worden op televisie doodgegooid met adviezen om de thermostaat een graadje lager te zetten, en ondertussen krijgt de fossiele industrie bakken subsidie om door te vervuilen. Het aanpakken van de industrie heeft een veel groter effect dan het veranderen van consumentengedrag. Een mooi voorbeeld is de duurzame cacao: enkele jaren terug startte Oxfam Novib de actie "groene Sint", om chocoladeletters duurzamer te krijgen. Binnen no-time waren praktisch alle chocoladeletters duurzaam, zonder dat de consument er veel voor hoefde te doen. Als biologisch zo goed is, waarom zorgen de boeren en winkels niet gewoon voor 100% duurzaam?

Zo gemakkelijk is het helaas niet. Zoals ik al eerder aangaf is de omschakeling naar biologisch lang en duur. Vooral de dure grondprijs in Nederland werkt tegen. Op dit moment wordt ongeveer 4% van de Nederlandse landbouwgrond voor biologische teelt gebruikt. Daarentegen is 3% van de verkochte voeding biologisch. Ik weet niet of dit verschil komt doordat de meetmomenten niet precies gelijk liggen of omdat een biologische akker minder opbrengt. Grofweg verschillen ze niet veel van elkaar. 

het Europese gemiddelde is nu zo'n 9%, met uitschieters als Oostenrijk die al 25% biologische landbouw hebben. Zoals bij veel statistieken bungelen we als Nederland weer onderaan. Er zullen nog vele jaren overheen gaan voordat in Nederland al het voedsel biologisch is, en tot die tijd kan de consument meehelpen om het verschil te maken.

Conclusie

Als een winkel beide versies aanbiedt, vind ik dat ik geen excuus meer heb om niet-biologische producten te kopen. Het is wellicht geen utopisch keurmerk, maar wel het beste wat we op dit moment hebben. Voor het kleine prijsverschil hoef ik het niet te laten.

Koop jij wel eens biologisch voedsel?

dinsdag 17 januari 2023

Warmtescan van mijn huis

In het kader van duurzamer wonen biedt mijn gemeente een gratis warmtescan aan. Tijdens een warmtescan maken ze infraroodbeelden van een huis om te zien waar de meeste warmte weglekt, en waar dus nog beter geisoleerd kan worden. Ik heb me al een jaar geleden aangemeld, maar blijkbaar was er zulke lange wachtrij dat ik een paar maanden terug pas gebeld werd. Ze kunnen immers alleen een warmtescan doen als het buiten voldoende koud is. De warmte moet namelijk wel de mogelijkheid krijgen om naar buiten te lekken. En dus was het 7 december koud genoeg voor wat mooie kiekjes.

Ramen en deuren zijn vaak notoire warmtelekken. Ik weet dat mijn glas niet het allerbeste HR+ glas is, dus ik was heel benieuwd. De ramen zijn typisch een graag warmer dan de muren, dus 4 in plaats van 3 graden:

De ventilatieroosters die ik ooit heb gemaakt zijn inderdaad warmtelekken, maar ventilatie is zeker zo belangrijk als isolatie:

Al met al niet slecht dus. De voordeur daarentegen is een groter probleem, die is 5-6 graden:

Aan de binnenkant zie je het tegenovergestelde plaatje, daar is de deur juist kouder dan de omgeving:

Het is goed dat ik in de winter een gordijn voor deze deur heb hangen. Wellicht kan ik wat meer doen, zoals zulk knuffelbeest dat als tochtstrip gebruikt kan worden. bij ons in het dorp komt immers iedereen via de achterdeur, dus deze deur mag best beter ingepakt worden.

Een van de belangrijkste reden om de warmtescan te laten doen is de koubrug. In mijn huis loopt het betondek van de eerste verdieping door de spuwmuur naar buiten aan de voorkant en achterkant. Mocht je afvragen waarom ze vroeger voor zulke idiote contructie hebben gekozen: voorheen was de bovenverdieping een houten wand, en die moest natuurlijk ergens op staan. Hoe dan ook, ik was heel erg benieuwd hoeveel warmte er door deze koubrug naar buiten lekt: 

Aan de voorkant is de koubrug ongeveer 4 graden ten opzichte van de 2 graden van de rest van de muur. Ook kan je zien dat de buurman rechts de koubrug heeft "ingepakt" met isolatie en trespa, waardoor zijn koubrug slechts 3 graden is:

Aan de achterkant zit mijn afdak over de koubrug heen. Ik heb het gevoel dat hierdoor de vloer van de eerste etage aan de achterkant warmer is dan aan de voorkant. Dit klopt ongeveer: de koubrug is achter zo'n 6 graden tegenover 4 graden van de rest van de muur: 

Aan de binnenkant is het effect ook duidelijk zichtbaar: het plafond is ongeveer 13 graden, ten opzichte van 14-15 graden voor de rest van de muur:

Ten slotte het dak. Rond het dak vallen twee dingen op. Het is heel warm onder de dakgoot, en er is een warme plek rond de schoorsteen:
De warme plek bij dakgoot is gemakkelijk te verklaren, want daar lopen alle verwarmingsbuizen. dat kan je van binnen ook goed zien:
De buizen zijn een keer geisoleerd, maar blijkbaar zit hier nog ruimte voor verbetering. Als ik ooit bij deze verwarmingsbuizen moet zijn kan het geen kwaad om een extra jas eromheen te doen. Eigenlijk het enige ding wat een simpel foutje is en gemakkelijk te verhelpen is bij de schoorsteen. De plaatjes binnen waren helaas niet duidelijk, maar tijdens het scannen was duidelijk te zien dat men het stuk dak onder de schoorsteen is vergeten te isoleren. 

En dat is er nog een heel voordehandliggend ding over: een pijpje dat vroeger werd gebruikt voor de condens van de droger. Op de volgende foto zie je heel goed de warme vlek links van de schoorsteen en de vlek op de muur waar de droger zat:
En van binnen laat het ook niks aan de verbeelding over:

Ik dacht dat zulk klein gat op de zolder niet veel zou doen, maar even opvullen kan geen kwaad.

Conclusie:
Over het algemeen ben ik niet ontevreden. hoewel de ramen en deuren niet hele moderne zijn, stralen ze niet veel meer uit dan de muren. Ook de koubrug is minder erg dan ik had verwacht. Het is een gigantische investering om dit probleem goed op te lossen, en zo te zien ga ik dat nooit terugverdienen. De enige dingen die ik ga doen is extra isolatie bij de voordeur maken, het dak bij de schoorsteen opvullen, en uiteraard het gat door de droger.

vrijdag 22 juli 2022

Geen boer geen voer? En geen boer geen bier?

Hoewel de boeren hun demonstraties hebben veranderd van wegen en distributiecentra blokkeren in vlaggen verkeerd om ophangen, is de impasse geen millimeter opgelost: de regering heeft een stikstof probleem op te lossen, en de boeren liggen dwars. Dus hoogtijd voor weer een stukje harde cijfers. Een tijdje terug heb ik al gekeken naar waarom Nederland een groter probleem heeft dan omringende landen, nu is het tijd om de beroemde boerenkreet aan een analyse te onderwerpen:

Geen boer geen voer?

Zoals ik een tijdje terug vermeldde is ruim de helft van Nederland landbouwgebied, zowel akkerland als weideland. Omdat het stikstofprobleem niet over akkerbouw maar over veeteelt gaat, is het belangrijk om deze twee uit elkaar te houden. Dus is het handig om te kijken wat er zoal in Nederland verbouwd wordt. Met behulp van het CBS kom je uit op de volgende getallen:

We wisten al dat een gigantische taartpunt van Nederland begraasd wordt door vooral koeien, maar wat mij vooral in deze grafiek opvalt: de gigantische hoeveelheid mais. We verbouwen in Nederland meer mais dan alle soorten granen tezamen of alle soorten aardappelen. Een slordige 200.000 hectare met verdroogde lange stengels verstoren vanaf augustus het uitzicht op het boerenland. De mais voor mensenlijke consumptie is hierbij verwaarloosbaar: hier gaat het zuiver om inkuilvoer. Hoe zit het dan met al die verhalen van LTO dat Nederland de meest waardevolle landbouwgrond heeft van de hele wereld? Waarom verspillen we 40% van die kostbare grond door het verbouwen van veevoer?

Het FD liet het afgelopen week ook al zien: Nederlandse boeren richten zich meer op veeteelt dan op groenvoer:
Bron: FD

Waarom verbouwen ze niet genoeg graan? Is Nederland niet geschikt voor graan? Dat is een interessante kwestie. De NOS dook er een tijdje terug al in: graan levert simpelweg minder op. Graan wordt in Nederland vooral gebruikt voor vruchtwisseling: akkers moeten af en toe een ander gewas voortbrengen om bodemziektes te voorkomen. Zelfs met het stijgen van de graanprijzen voor de problemen in Oost-Europa loont het nauwelijks.
Mais levert simpelweg veel meer op: mais kan direct in de buurt door intensieve veehouderijen worden opgesnoept. En er is nog een heel groot ander voordeel: mais kan heel veel mest verdragen. Dus mais is om twee redenen een perfect gewas in de buurt van veeteelt. 

Maar het kan nog erger dan mais
Ondanks al die weides en maisplakken hebben we nog steeds niet genoeg om al die snuiten en snavels te voeden. Nederland importeert jaarlijks een slordige 4.200.000 ton soja vanuit onder andere Brazilie en de Verenigde Staten. Hiervan wordt grofweg een kwart weer geexporteerd, en van wat over is wordt van 20% soja producten gemaakt. De rest is vooral sojaschroot en wordt al veevoer gebruikt. Onze dieren eten dus een slordige 2.500.000 ton aan sojaschroot. 

Hier moet een uitdrukkelijke kanttekening bij gemaakt worden: sojaschroot is geen afval dat geen ander doel dient. Sojaschroot kan prima gebruikt worden als eiwitrijk meel, maar op dit moment is het voeren aan vee blijkbaar het meest economisch.

Uitgaande van een opbrengst van 4.5ton per hectare eet onze veestapel dus ongeveer een equivalent van 550.000 hectare. In Brazilie is dus een gebied zo groot als Gelderland platgebrand voor het voeren van ons vee.

Geen boer geen bier?

Deze kreet is de overtreffende trap van een sentimentele leuze. Dus laten we de sentiment gauw achterwege en met getallen komen: volgens het CBS is er ongeveer 30000 hectare aan gerst in Nederland, die ongeveer 200.000ton aan gerst oplevert. Uitgaande van 0.25kg per liter bier, kan je hier van dus pakweg 8Mhl (miljoen hectoliter, sorry voor de rare eenheid) brouwen. Als we dan kijken naar de bier productie en consumptie in Nederland, dan kom je ongeveer op dit plaatje uit:
Zoals je kan zien is Nederland een bierbrouwersland: ruim de helft van wat er gebrouwen wordt (22Mhl), wordt geexporteerd (13Mhl). Maar ons eigen gerst kan slechts 8Mhl bier genereren, niet eens genoeg voor onze eigen consumptie.

Conclusie:
Geen boer geen voer is een fabeltje, een spreukje om een vieze industrie recht te praten. Als boeren echt om onze voedselvoorziening gaven, dan zouden ze geen gras of mais verbouwen, maar graan. 

maandag 27 juni 2022

Stikstof: alleen een probleem in Nederland?

De emoties lopen hoog op in Den Haag. Voor de progressieve partijen is het 2 voor twaalf voor onze natuur, en moeten we als de wiedeweerga onze veestapel inkrimpen, maar voor de conservatieve partijen is stikstof allemaal onzin, hebben we teveel natuur en mogen we boeren hun broodwining niet afpakken. Het is een zeer beladen discussie, en als je iets teveel durft te zeggen dan hebben je zo een rijtje trekkers met boze boeren op de stoep. Als inwoner van een veeteeltdorp wil ik kijken hoe ik me objectief in de discussie kan mengen.

De stikstofdiscussie gaat vooral over hoeveel stikstof er wordt uitgestoten, en hoe dat een effect op de natuur kan hebben. Dit is een zeer ingewikkeld onderwerp, waar ik me niet aan ga wagen. In plaats daarvan ga ik me richten op getallen waar weinig discussie over mogelijk is, zoals getallen van het CBS. In de statistieken ga ik vaak veeteelt loskoppelen van de akkerbouw en tuinbouw, omdat de eerste categorie de voornaamste veroorzaker is van het stikstofprobleem. Ik snap best dat alle boeren solidair zijn met de veetelers, maar laten we wel wezen: als er geen veeteelt was in Nederland, hadden we deze discussie nu niet.

De komende weken wil ik de volgende stellingen behandelen:

  1. "Het is allemaal de schuld van Den Haag, in het buitenland mag er veel meer"
  2. "#noFarmersNoFood, en nog beter: #noFarmersNoBeer"
  3. "Het is zonde om een hele economische tak de nek om te draaien"
Dus eerst: waarom is er in Nederland een regeldruk, en in andere landen veel minder?

Om te beginnen is er wel degelijk beleid om de veestapel in onze buurlanden terug te brengen. Maar de vraag is vooral: hoeveel dieren zijn er?

Het valt nog niet mee om hier goede cijfers van te vinden. Het CBS geeft een aardig overzicht voor Nederland. Voor landen als Denemarken, Belgie en Duitsland was het een stuk moeilijker. Zo heb ik de veestapel van Belgie kunnen afleiden door procentuele veranderingen van Statbel van 2019 terug te rekenen naar absolute getallen. De Duitse getallen komen vooral van germanlivestock.de, en de Deense getallen komen van oa https://ahdb.org.uk. Soms heb ik het aantal geslachte dieren moeten terugrekenen naar aantal dieren. Hierbij heb ik de aanname gemaakt dat een koe 2 jaar, een varken een half jaar en een kip 6 weken wordt. De getallen zullen dus niet exact zijn, maar geven wel een indruk van de orde van grootte:


Als ik dat in een tabel uitzet, dan krijg je dit:
Om de boel eerlijker met elkaar te kunnen vergelijken kan je delen door het landoppervlak, zodat je het aantal wezens per vierkante kilometer krijgt:

Je ziet dat Nederland de meeste mensen heeft van deze 4 landen, maar het verbleekt bij het aantal dieren dat we hier hebben: ongeveer 5 keer zoveel kippen, bijna net zo veel varkens en ongeveer een kwart zoveel koeien. Denemarken wordt vaak genoemd als het land met de meeste dieren, maar dat is per hoofd van de bevolking: met een bevolking van eenderde van die van Nederland hebben ze meer dan twee keer zoveel varkens als mensen, maar in absolute getallen hebben er maar een fractie meer dan Nederland. Daarnaast heeft Belgie relatief veel vleeskalveren. Maar dat zijn de enigemaatstaven waarmee deze landen kunnen concurreren. Op praktisch alle fronten verbleken de statistieken van onze buurlanden ten opzichte van de onze.

En om de uitspraak "het stikstofprobleem komt vooral door immigranten" te pareren: inderdaad, Nederland is vol qua mensen, maar qua dieren is het nog veel, veel voller.

Dit ziet je ook terug in de verdeling van landgebruik:
bron: eurostat

Van bovengenoemde landen is Nederland koploper op gebied van grasland: 34% is weide, terwijl Belgie niet verder komt dan 28% en Duitsland en Denemarken rond de 20%. Van deze landen is Denemarken koploper op het gebied van landbouwgebruik, maar heeft wegens de kleine bevolking nog steeds genoeg ruimte voor 22% van hun grond aan natuur, terwijl dat in Nederland 17% is. Maar over het algemeen wijkt het landbouwgebied van Nederland niet veel af van die van onze buurlanden. Dus gezien onze de gigantische veestapel in Nederland is Nederland superefficient in het kweken van veevoer, of er wordt heel veel geimporteerd. Ik denk dat het voornamelijk het laatste is...

Ten slotte is er nog een stelling die vaak terugkomt rond het landgebruik van Nederland:

"De natuur is Nederland is teveel verspreid. We moeten minder natuur hebben"

Laten we daarom eens gaan kijken naar de Natura2000 gebieden van deze landen:

zie bron, bron, bron, en bron

Je ziet dat Nederland het hoogste percentage Natura2000 oppervlak heeft, maar het zit in dezelfde orde van grootte. Hierbij moet wel gezegd worden dat het Waddengebied lekker meetikt in de berekening: dit water kunnen we immers niet voor iets anders gebruiken. Als je kijkt naar het aantal gebieden, dan is iets verrassends te zien: het grootste land, met uitgestrekte berggebieden en wouden, heeft verreweg de meeste gebiedjes, waardoor het gemiddelde formaat veel kleiner is dan de andere landen. Belgie weet de gebieden het beste aan elkaar te rijgen, waarschijnlijk vooral in de Ardennen.

Conclusie:
Qua landgebruik zijn we nog steeds redelijk natuurlijk, vooral dankzij de vele binnenwateren. Maar de gebieden zijn niet meer versnipperd van bij andere landen. De veestapels van omliggende landen verbleken bij die van ons. Hoewel ons land ook dichter bevolkt is, is het verschil bij vee veel groter. 

We zijn een gemiddeld landje, maar met absurd veel vee.

maandag 13 september 2021

Downcycling eetkamerstoelen

Niet zoveel updates, want ik ben de laatste tijd niet zoveel met geld bezig: ik heb dit jaar al 10% afgelost op de duurste delen van de hypotheek, en ik ga nog even niet investeren in de tulpenbollen van de aandelenmarkt. What comes up, must come down. Dus pot ik het geld tijdelijk op voor grote investeringen, zoals mijn autootje dat elk jaar meer doorroest en een keuken die op is.

Wat ben ik wel aan het doen? Wat huisverbeteringen. Mijn eetkamerstoelen zijn van zwart leer, maar zijn behoorlijk aangetast door katten, net als mijn bank overigens. Dus heb ik een reeks opties:
  • nieuwe kopen. dat betekent 300-600,- stukslaan terwijl ik eigenlijk niet eens weet wat voor stoelen ik zou willen. Ook zit ik dan met 6 stoelen die naar de milieustraat moeten.
  • tweedehands: ik heb een beetje rondgekeken, maar de prijs kwaliteitverhouding valt vaak tegen. Bovendien blijft het afvalprobleem.
  • stoelhoezen kopen. Ik heb even in de winkels gekkeen, maar deze hoezen zijn vaak one size fits all lycra, dat er niet bepaald sfeervol uitziet. Ze zijn ook niet goedkoop overigens.
Gelukkig kwam er een oplossing die de katten zelf hebben aangedragen: de leer van de stoelen pulken! de katten hadden het leer van veel zitvlakken al weggehaald, en het stof eronder is best stevig. 

Dit is een aanpak die ik steeds vaker probeer te doen: probeer bestaande middelen te herbruiken of een andere functie aan te geven. Zo heb ik een paar jaar geleden tuinmeubilair gemaakt van oude plafondplanken. Ik weet eigenlijk niet of je dit upcycling, recycling of downcycling moet noemen: de hoeveelheid product wordt minder, maar ik heb er meer aan.

Hieronder zie je hoe het leer is aangetast. Het afpulken van het leer is een typisch klusje dat ik tussen thuiswerk door kan doen:

Ziezo: weer als nieuw, onder het iets gekost heeft:


maandag 30 november 2020

Investeren in akkerland

Nu mijn tuin al behoorlijk duurzaam begint te worden, begint het af en toe te kriebelen of ik niet meer grond zou kunnen kopen. Voor de duidelijkheid: ik hoef die grond niet perse als lucratieve investering, zoals CheesyFinance wel eens een keer heeft overwogen; mij gaat het eigenlijk vooral om het duurzamer gebruik van de Nederlandse grond. 

Af en toe kijk ik op fundainbusiness of er agrarische grond in de buurt te koop staat. Dat is soms het geval, maar het grootste probleem is dat het direct om flinke porties gaat. We hebben het meteen over een paar ton ofzo. En als ik deze grond zou hebben, wat zou ik er dan mee willen doen? Het liefst zou ik de hele boel laten verwilderen en kijken wat voor leven er allemaal op af komt. Maar eigenlijk is dat kapitaalvernietiging: agrarische grond levert veel meer op dan woeste grond.

Dus heb ik besloten dat ik zulke dingen beter niet kan doen, en deze soort dingen beter uit handen kan geven aan mensen die wel weten wat ze aan het doen zijn. In Nederland zijn een paar stichtingen actief die landbouwgrond kopen, om het vervolgens door duurzame boeren te gebruiken. Doordat deze stichtingen geen winstoogmerk hebben, kunnen de boeren de grond relatief goedkoop pachten, waardoor er financiele ruimte ontstaat voor biodiversiteit, weidevogels, groene verbindingszone, en uiteraard geen bestrijdingsmiddelen.

Stichting Grondbeheer is een voorbeeld. Sinds 1978 hebben ze dankzij giften 533 hectare grond opgekocht en verpacht aan duurzame boeren. Het voordeel van deze stichting is dat ze een ANBI status hebben, waardoor de giften aftrekbaar zijn. Het nadeel van deze stichting is dat je niet echt het gevoel hebt dat je geld in de grond hebt gestopt...

Daarom was ik blij om te lezen over een nieuwe kid-on-the-block: Land van Ons. Deze cooperatie is ongeveer een jaar geleden opgericht met een vergelijkbaar doel als Stichting Grondbeheer. Het enige verschil is dat het een cooperatie is: leden brengen geld in, waar grond van gekocht wordt. Maar het mooie is: die grond wordt dus daadwerkelijk van jou! En als lid heb je inspraak over welke percelen worden gekocht en wat er met eventuele winsten gaat gebeuren.

De cooperatie heeft in zijn eerste levensjaar al 8000 betalende leden aan zich weten te binden, en ze hebben ondertussen 37 hectare grond aangekocht, verspreid over 4 percelen die in 4 verschillende provincies liggen. Ze steken hun ambities niet onder stoelen of banken: binnen 10 jaar willen ze 300.000 hectare grond in bezit hebben, oftewel 15% van alle landbouwgrond. Ik help ze graag mee met hun doel, dus ondertussen ben ik nu trotse bezitter van 40 extra vierkante meters!

De winstverwachting.

Land van Ons windt er geen doekjes om: het doel is niet om winst te maken. Ze proberen de pachtkosten zo laag mogelijk te maken, zodat de duurzame boeren zo duurzaam mogelijk te werk kunnen. Desalniettemin denk ik niet dat dit weggegooid geld is. Grond is een hele waardevaste investering. Volgens het CBS en het kadaster stijgt grond flink in waarde:

De grafiek gaat helaas niet verder dan 2010, maar de universiteit van Wageningen heeft recentere getallen over grondprijs. Wat gebeurt er als Land van Ons daadwerkelijk winst maakt? Dit is aan de leden om te beslissen. Ze zouden kunnen besluiten om de winst uit te keren aan de leden, of om met dat geld nog meer grond aan te schaffen.

Voor mijn boekhouding beschouw ik deze investering hetzelfde als aandelen. De investering kan immers altijd weer ongedaan gemaakt worden, en er kan zelfs winst gemaakt worden. En de investering telt gewoon mee als vermogensbelasting. Het zal dus niet mijn meest lucratieve investering worden, maar misschien wel de investering waar ik later met het beste gevoel op terugkijk.

maandag 26 oktober 2020

Too good to go

Als goede minimalist struin ik al ruim een jaar de Too Good To Go app af naar eten dat anders in de prullenbak verdwijnt. Hoogtijd om de balans op te maken. Conclusie/spioler alert: ik ga de app niet meer veel gebruiken.

Voor wie de app niet kent: Too Good To Go is een app waarmee winkels en andere eetgelegenheden eten verkopen dat ze anders zouden weggooien, tegen grofweg éénderde van de oorspronkelijke prijs. Onder andere Sabine van hoeweetjedatallemaal.nl (hint: leuke nieuwe blog!) heeft er ook al veel over geschreven. Mocht je trouwens geinteresseerd zijn in hoeveel de Too Good To Go app aan de strijkstok laat hangen: dat vertellen ze niet. Maar ik heb het een keer nagevraagd bij een winkel, en in hun geval houdt de app ongeveer éénderde van de prijs in. Dus voor een pakket ter waarde van 9,- betaal je 3,-. Hiervan gaat 2,- naar de winkel en 1,- naar de app. Achja, voor niets gaat de zon op.

De afgelopen jaren heb ik vooral pakketten bij de Lidl, de lokale Spar en de Bakker Bart gehaald. Het eten van Bakker Bart gaat altijd wel op. Het banket wordt meestal al direct opgesnacked en de broden verdwijnen in de diepvries. Bij De Spar is het ook altijd een verrassing. Zo hebben we een keer dit merengue-achtige gedrocht gekregen:


Ook zat er ooit een verse pizza in het pakket, terwijl ik al eten had gekookt en mijn zoontje zou de dag erna naar m'n ex vertrekken. Oplossing? Ontbijten met pizza:

Toen de moeder van m'n ex het hoorde moest ze nogal fronsen...ik ben goed aan mijn gescheiden-vader-imago aan het werken ;-)

Het grote nadeel van supermarkten is dat ze geen rekening houden met dieten. Mijn zoontje en ik eten allebei geen vlees, en laat dat nu net een produkt zijn dat vaak over de datum vliegt... Vaak heb ik het vlees aan mijn moeder gegeven, maar ik ben eigenlijk niet van plan om aanbiedingen af te struinen voor de gunst van andere mensen. Ik heb het vlees ook een paar keer opgegeten onder het motto dat veel carnivoren om mij heen gebruiken "het dier is toch al dood". Ik merk echter dat ik na 20 jaar vlees niet alleen ontzettend goor vind, maar dat mijn darmen zulke vette hap zeer slecht trekken.

En dan is er sinds kort ook het Lidl groente&fruit pakket. Ik wil mijn zoontje graag opvoeden door alles van het groente&fruit schap een keer te proberen, en dit pakket helpt er goed bij. Zo zaten er een keer granaatappels en kiwibessen bij:

Dit pakket gaat grotendeels goed op, al kan ik niet zoveel met takjes verse tijm of venkelknollen.

Dus tijd om de balans op te maken. Ik denk dat ik van De Spar een stuk of 10 pakketten heb afgehaald en bij Bakker Bart en Lidl een stuk of 2 of 3. Als ik alle produkten verdeel onder de categorieen "gaat er altijd in", "leuk om een keer te proberen (maar normaal vaak te duur, of liever niet dagelijks)" en "wie kan ik hier mee blij maken, a.k.a. niet te vreten", (grofweg dezelfde kleurcodes als bij hoeweetjedatallemaal) dan kom op ik uit op deze grafiek:

In alle pakketten zit altijd voldoende om de 33% kosten te dekken. Helaas zit er bij De Spar erg veel vlees in, dat in dit huis geen aftrek heeft.

Om terug te komen op de eerste alinea, waarom ik ben ik een beetje klaar met deze app?
De app is enorm populair. Veel voedselpakketten zijn binnen 15 minuten uitverkocht. In veel gevallen weet ik wanneer een nieuwe aanbieding online komt. Maar zelfs als ik elke 10 seconde mijn scherm ververs, ben ik vaak al te laat. Conclusie: de vraag is vele malen groter dan het aanbod. Dit is natuurlijk een goed teken: blijkbaar ligt het niet aan de consument dat er veel eten wordt weggegooid, maar doen te weinig winkels iets aan de verspilling. En dit betekent ook dat dit eten niet wordt verpild, ook als ik het niet koopt. Voor mij zijn er 10 anderen die dit eten graag willen kopen. Waarschijnlijk zijn daar veel mensen bij die in een veel slechtere financiele positie zitten dan ik.

Kortom, ik heb niet zoveel zin om te concurreren met bijstandsmoeders als de kans groot is dat het eten niet verspild wordt. Overigens heb ik er geen probleem mee als een miljonair de app wel gebruikt, het is zijn volste recht. Maar ik ga me denk ik vooral kijken of af en toe een pakket vlakvoor de deadline nog steeds niet verkocht is. Dat weet ik tenminste zeker dat ik voedsel van de ondergang redt. En gelukkig zijn er veel winkels die alternatieven hebben. Zo verkoopt Lidl sinds kort produkten die aan de houdbaarheidsdatum zitten voor 25 of 50 cent. Voor de mensen die dit kopen is het geen verrassing wat ze kopen zoals bij Too Good To Go. 

Desalniettemin waardeer ik elk initiatief die de wereld een beetje duurzamer kan maken.

Wat is jouw mening over Too Good To Go?

maandag 11 november 2019

Hoe de politiek minimalisme langzaam omarmt

CO2, NH3, NOx... de mensheid maakt het niet gemakkelijk voor het milieu. Veel mensen maken zich hier zorgen om. Maar een hele grote groep ziet het andersom: het milieuw maakt het niet gemakkelijk voor de mensheid: hoe meer het milieu onze leven belemmerd, hoe meer mensen hun kop in het zand steken en niet willen geloven dat ons milieu het steeds lastiger heeft.

Zoals je verwacht hoor ik bij de eerste groep. Ik ben geen Greta Thunberg die zijn hele leven aan demonstreren wijdt, maar ik probeer m'n leven wel zo in te richten dat mijn foodprint zo klein mogleijk is, zonder aan levenskwaliteit in te hoeven boeten.

Daarom neem ik zoveel mogelijk de fiets, en als ik de auto neem, dan rij ik niet harder dan 100km/u. Een paar jaar geleden heb ik al laten zien dat langzamer rijden geld bespaart, maar ook minder verkeersslachtoffers, CO2 uitstoot en files. Als deze argumenten waren blijkbaar niet genoeg voor de VVD alias de vroempartij. Maar nu komt er nog een extra voordeel bij: minder stikstofuitstoot. En aangezien nu de hele Nederlandse economie vast begint te lopen door stikstof gaat de VVD waarschijnlijk overstag. En zij zijn niet de enige. D66 wil zelfs een stapje verder gaan door alle snelwegen maximaal 90km/u te maken, zie hier.

Dit past bij een pragmatische partij die zijn wetenschappelijk bureau op orde heeft. 90 km/u is inderdaad de snelheid die de beste doorstroming geeft, en waarbij de meeste auto's het zuinigste lopen.
Ook bij longartsen, omwonenden en Veilig Verkeer Nederland gaan de vlaggen uit als de maximum snelheid wordt verlaagd. Zie hier een NOS reportage.

Minimalisme, opgelegd door de Raad van State. Half Nederland mokt, maar over een paar jaar weten we niet beter.


Zie ook:
wat levert langzamer rijden op de snelweg op?
100km/u levert meer op dan alleen geld

maandag 8 januari 2018

Gas-water-licht-km verbruik van 2017

2017 is voorbij, maar gelukkig hebben we de meerstanden nog:-). Hoewel wij niet actief bezig zijn met het besparen van gas water of licht, blijven de standen nog steeds ver onder het landelijke gemiddelden. De blauwe lijnen geven de maandelijke resultaten weer (vertaald naar verbruik per jaar, zodat we geen gekke dipjes krijgen bij februari enzo), en de rode geeft het jaarlijkse gemiddelden:


 
De enige grafiek die wel flink aan het dalen is, is hoeveel kilometers onze auto rijdt. In 2016 reden we nog 16800km, in 2017 is dat slechts 14300km:

Dit wordt grotendeels veroorzaakt doordat ik in 2017 een stuk of 115 keer met de fiets naar het werk ben gegaan. Maar ik denk dat hier nog steeds het meeste te halen is. We kunnen de verwarming nog een graadje lager zetten, de tuin minder sproeien of alle lampen steeds uit doen, maar het is peanuts ten opzichte van de autokosten. We zijn jaarlijks grofweg 70,- aan water kwijt, 800,- aan gas 400,- aan elektriciteit en ongeveer 2000,- aan autokosten! Bovendien is het alternatief, namelijk fietsen veel leuker dan autorijden:-)
Ik ben heel benieuwd of we deze kilomterstand nog verder kunnen terugbrengen in 2018.


Zie ook:
hoe bespaar ik op fietskosten?
gas-water-licht-km standen van 2016

maandag 21 augustus 2017

100 km/u levert veel meer op dan alleen geld

Vorige week liet ik zien hoeveel geld je kunt besparen als je niet de gebruikelijke 120 of 130 km/u rijdt, maar bijvoorbeeld 100km/u. Hoewel de reistijd een beetje toeneemt, levert het een enorme besparing op, in de orde van 20 Euro per extra uur reistijd. Maar als je het niet voor het geld wilt doen, dan zijn er nog 3 belangrijke andere redenen:

vrijdag 1 april 2016

Besparen in de kleinste ruimte

Soms zit het besparen van geld in een klein hoekje. Daarom vandaag: de besparingen op een toilet!

Een baksteen in de stortbak
De meeste WC's spoelen met veel te veel water door. Door een baksteen in de stortbak te leggen, kan met bij elke spoelbeurt water besparen. De afmetingen van een baksteen zijn gemiddeld 20x10x5 cm. Bij elke spoelbeurt zal er dus een liter water worden bespaard! Als je er van uitgaat dat een WC door een gezin 10 keer per dag wordt gebruikt, dan levert dit een besparing op van 3650 liter water!

Wc papier verbruik verminderen
Veel mensen zijn geneigd om een flink stuk wc papier te pakken, terwijl uiteindelijk maar een klein stukje gebruikt wordt. Met een simpel trucje kan je dit verminderen: duw voordat je de nieuwe wc rol plaatst de wc rol een beetje plat. Het wc papier verandert niet, alleen het wc rolletje zal een ovale vorm krijgen. Door deze ovale vorm rolt het rolletje minder gemakkelijk, zodat mensen minder geneigd zijn om teveel wc papier te pakken. Deze besparing kan het wc papiergebruik bijna halveren!

Een andere manier om te besparen op wc papier is het splitsen van dubbellaags wc papier. Dubbellaags wc papier is meestal maar een beetje duurder dan enkellaags wc papier, maar je kunt het wel gemakkelijk splitsen, zodat je 2 keer zoveel papier hebt! 

Maak je eigen wc verfrissers
De meeste wc blokjes zijn tegenwoordig wergwerphoudertjes met een zeepje ingebouwd. Toch is het prima mogelijk om je eigen wc blokjes te maken. Dit proces is hetzelfde als zelf zeep maken, maar dan zou je een beetje chloor kunnen toevoegen om de wc extra schoon te houden. Hiermee kan je jaarlijks tientallen euro's uitsparen.

Hoe bespaar jij op het toilet? En wat vind je omgeving ervan?   

woensdag 2 september 2015

Wat is het rendement van zonnepanelen, bijstorten, ziektekosten voor een jaar vooruit betalen

Ik heb het al een paar keer gehad over verschillende manieren om de voordeligheid van een investering uit te drukken. Sommige denken het liefst in winst, de andere in terugverdientijd, return on investment of interne rentevoet. Maar eigenlijk is het veel handiger om deze dingen automatisch te laten berekenen, zodat je snel het verschil kan zien.

Daarom heb ik hiervoor een tooltje gemaakt, zie interne rentevoet tool

Voorbeelden:

donderdag 19 december 2013

lid geworden van een energiecooperatie

Lokale energiecoöperaties schieten de laatste jaren als paddenstoelen uit de grond. Dit verbaast mij niets: mensen zetten zich af tegen de afhankelijkheid van multinationals. Bovendien is een energiecoöperatie een goede manier om duurzame energie te verspreiden.

De coöperatie bij ons in de buurt is afgelopen jaar begonnen met projecten op scholen, een collectieve korting voor groene stroom en een energiescan voor huizen. In de toekomst wil de coöperatie ook daadwerkelijk stroom gaat leveren. Hier zijn mogelijkheden genoeg voor in onze regio: er zijn veel grote stallen waar zonnepanelen op passen en veel kassen die restwarmte produceren.
De afgelopen week ben ik hier lid van geworden voor E 20,- per jaar. Ik ga binnenkort uitzoeken of het gunstig is om bij deze coöperatie stroom af te nemen. Verder hoop ik dat er in de toekomst mogelijkheden komen om bijvoorbeeld te investeren in collectieve windmolens of zonnepanelen op bedrijven. Wat mij betreft hoeft duurzame energie niet perse op mijn eigen dak worden geproduceerd; als het gunstiger is om de zonnepanelen te groeperen op een dak met een gunstige ligging, dan kies ik daar liever voor. Bovendien geeft een coöperatie vaak de mogelijkheid om als individu meer geld te investeren dan nodig is voor je eigen stroom behoeften. Rentenieren op duurzame energie dus. Zover is het in onze regio nog lang niet, maar door lid te worden kan ik alvast meebeslissen in de toekomstplannen.

Heeft er iemand ervaring met lokale energiecoöperaties?